Ga naar de inhoud

Mees

Ergens in het najaar van 2003 kwam ik erachter dat ik zwanger was. Dat Wim en ik voor het eerst vader en moeder zouden worden… Pa en ma, Pappa en mamma. Die eerste dagen schoten de tranen me steeds in de ogen, zo dankbaar en vol verwachting was ik. Zo gaaf dat wij nu aan de beurt waren dit wonder mee te maken! De opvolgende zwangerschappen waren ook zo wonder en ongewoon bijzonder, maar die eerste heb ik heel bewust meegemaakt. Mees werd geboren, groeide op. Hollands trots en welvaren, een heel gewoon jochie maar, zoals voor iedere ouder, zo uniek en enig in zijn soort. Trekkertjes, voetbal, Fifa op de playstation, sporten, voor het eerst naar de middelbare school.

En dan komt die klap, wordt je wereld stil gezet. Je krijgt die trap recht in je maag en je blijft versuft en naar adem happend achter. Mees heeft een ongeluk gekregen, heeft met zijn hoofd de vrachtwagen geraakt en er is geen hoop meer. Het besef kwam hard binnen: ‘vanochtend zag ik hem nog in leven, maar dat was de laatste keer. Zo dicht bij hem in de tijd als nu zal ik nooit meer zijn. Iedere seconde die verstrijkt brengt me verder bij hem vandaan. Hoe kan dit, hoe moet dit!?!’
Er is geen keus. Hij is er niet meer, we hebben met dit verlies te dealen, we hebben nog twee van die wondertjes lopen die ook recht hebben op een fijne jeugd. Ook wijzelf hebben een vorm moeten vinden om het leven weer op te pakken. Om weer plezier te krijgen in onze dagelijkse dingen. Om weer uitdagingen aan te gaan en opnieuw mee te draaien met de wereld buiten ons huis en gezin. 
Die eerste week heeft voor ons een basis in het rouwproces gelegd. Wij hadden het geluk fijne mensen om ons heen te hebben. Vrienden, familie, buurt, kennissen, zelfs volslagen vreemden. We werden opgepakt en gedragen. We zagen God werken door mensen heen. Al die hulp, op welke manier dan ook, hadden we zo nodig. 

Daar kijken we goed op terug, hoe moeilijk en zwaar het ook is geweest. Inmiddels zijn we weer opgekrabbeld, hebben we ons leven weer terug, met een Mees die altijd dichtbij is en nooit ver weg. Maar een Mees die ook niet meer onze dagen en emoties beheerst. Voor mij heeft het leven meer lagen, meer diepgang gekregen en omdat ik ervaren heb hoe belangrijk die eerste periode was, wil ik daar anderen bij helpen. Niet op de manier waarop wij het hebben gedaan, niet volgens mijn gevoel en behoefte. Maar door te luisteren, door aan te voelen wat een nabestaande nodig heeft. Door uit te luisteren wie die geliefde was en samen invulling te geven aan de behoefte die er is. 

Al die emoties en anekdotes om zetten naar tekst die onderdeel is van het afscheid. Als ik daar aan bij kan en mag dragen ben ik een tevreden mens. Vind ik troost dat het moeten missen van Mees misschien… toch niet helemaal voor niets is geweest.  

Hier kunt u de blog ‘Mannetje, mannetje’ vinden.